Het was een regenachtige zondagmiddag (echt waar, het weer was walgelijk) waarop ik en m’n maat genaamd Clint op het idee kwamen om een Jazz kelder te maken. Wie wilt dat nou niet?
Om hem even een kleine introductie te geven; ik ken maar één persoon op deze aardkloot die net zulke rare plannen in zijn hoofd haalt als ik en deze ook daadwerkelijk uitvoert. Variërend van een badkuip plaatsen in een 80cm x 250cm badkamer die hij door Rotterdam gedragen heeft tot het weten te regelen van dingen waarvan Joost mag weten hoe die het doet. En ik ken geen eens een Joost.
Anyway, terug naar onze destijds toekomstige Jazz kelder. We hadden de wildste ideeën. Een eikenhouten bar, vitrine met whiskey, kamerplant, dartbord, bowling baan, een paar strippers en uiteraard: een piano. (Ok, zelfs wij moeten af en toe onze visie iets aanpassen omdat niet elk idee realistisch was. Dus de kamerplant hebben we moeten schrappen van het lijstje)
Je zou denken dat een Piano toch aardig wat kost, en dat dachten wij ook. Totdat ik op een andere regenachtige dag even op Marktplaats zat te neuzen, en warempel! een mooie Steinbach piano gratis af te halen in Overschie, maar 1 kilometer bij ons vandaan! Hoe zou dat toch komen dat iemand een gratis piano weg doet? Hij werkte namelijk nog gewoon. Op dit ding stond in elk geval onze namen geschreven, dus na even kort gemeten te hebben vonden wij dat wij hem wel kwijt konden dus ik mailde de eigenaresse waarmee ik na een kort heen en weer gemail een afspraak maakte later op de week om hem op te komen halen.
Als het een mooie piano was dan wilden we hem misschien wel boven op de gang zetten. Hoe lastig kan het immers zijn om zo’n prachtig stuk ambacht de trap op te krijgen? Ok ok. er zijn piano verhuis bedrijven, maar er zijn ook ramenwassers en dat kunnen we ook zelf. Tot zekere hoogte.
De afspraak stond op een woensdag ofzo dus we hadden 2 dagen om ons voor te bereiden op deze onderneming. Ik had een zooitje spanbanden gehaald bij de Gamma, een stuk touw en wat plastic zeil voor het geval dat het weer een regenachtige dag zou worden. Het zou toch een ramp zijn als er iets met de piano zou gebeuren.
In de kelder lagen nog 2 hondjes waar we de piano op konden vastbinden. Op de Marktplaats advertentie stond immers dat de piano op blokken stond. Ideaal.
Toen was het woensdag, het moment was aangebroken. We kwamen allebei tegelijk uit school, pakte de hondjes en spullen en stapte vervolgens in de bus naar Overschie.
Onderweg stonden we naar buiten te staren. Halte…. Halte… Halte… Halte… Nog een halte…
Oei. Dat is nog best ver.
“Weet je zeker dat het 1 kilometer was Robin?”
“Volgens Marktplaats wel ja”
“Ik geloof er geen zak van”
En ik ook niet meer. Als dat 1 kilometer was, dan is de Euromast 94 centimeter hoog en ben ik president van Zimbabwe. We waren bang dat als we nog een halte verder reden dat we daar namelijk zouden eindigen.
Afijn, we waren toch al bezig, laten we maar kijken waar dat huis is. De bus zal wel een ommetje gemaakt hebben. Na nog 20 minuten gelopen te hebben vanaf de halte kwamen we aan op het plaats delict. Dangalangadingdong! op de deurbel. Na kort wachten deed een vrolijk mevrouwtje de deur open.
“Wij komen de piano halen”
“Alleen jullie twee? Gewaagd hoor” grapte ze.
We stapte vol moed naar binnen.
“Kijk daar staat ie dan”
oh.. dat is best groot…
Ken je dat wanneer je een aantal aardappels moet uitzoeken om mee te koken, en je op het oog een paar uit een zak vist en denkt “Dat zal wel genoeg voor 1 (of 2) zijn” en het dan daarna blijkt dat je genoeg aardappelen voor een heel weeshuis hebt zitten koken? Nou, precies dat gevoel hadden we toen wij hem in het echt zagen. Het was niet eerlijk ;_; want op foto’s hoort alles groter te lijken.
Nou ja, maar even kijken dan of we hem een kunnen liften. Clint ging aan één kant staan, ik aan de andere. Handen eronder. 1. 2. 3. en de piano ging 1 centimeter de lucht in waarna deze weer snel zijn terugweg zocht naar de aarde. Dat ding was ZWAAR. Boven in de hal zetten zeg je? Ik heb denk ik nog nooit zoiets zwaars getild. We hadden blijkbaar even over het hoofd gezien dat er nog een 120 kilo wegende gietijzeren harp in die piano zat, en ja, dat is wat anders dan balsahout. Op dat moment beseften we allebei dat de dag nog lang zou duren. Met veel gestuntel en de lelijkste gezichten ooit kregen we de piano om de hoek in de entree. Toen kwam pas de uitdaging.
De woning zat niet gelijkvloers met de begane grond, maar had eerst 3 treden nodig voordat je binnen was (ik tel de dorpel mee). Tuurlijk joh! doe dat er ook maar bij.
Met veel pijn en moeite kregen we één kant uit het huis en wisten we deze op een hondje te plaatsen. Ondertussen zat de lieve dame te vertellen over hoe de piano al wat generaties meeging en hoe ze er nu toch echt van af moesten. Ik voel de pijn mevrouw. Letterlijk.
Uiteindelijk kregen we de tweede kant ook op een hondje. Hoppa, de piano stond buiten! Gauw vastbinden dat ding, dus ik laat die piano los om even gauw een spanband te pakken. Ik had nog geen stap gezet of “ROBIN PAS OP!” wat volgde met knal waar heel Overschie nog op na trilt. Ooit zo’n vallend piano geluid gehoord in cartoons? Nou ik kan je nu met zekerheid zeggen. Die geluiden zijn accuraat. Blijkbaar stond die piano helemaal niet op blokjes maar zaten er nog gewoon 3 wielen onder. De blokjes die eronder waren geplaatst waren lager dan de wielen waardoor dus één kant voor Jan Doedel eronder lag. Dus ja, wielen op een plank die wielen heeft is zo instabiel als een Fyra treinstel, dus één van die hondjes dacht “Pleur op, ik ga lekker achter de vrouwen aan” en reed eronderuit recht de stoep af, want blijkbaar was ook die scheef.
Omdat alles al zo lekker verliep begon het ook nog eens keihard te hozen. Mevrouw wist over dit gebeuren gelukkig vrij nuchter te redeneren “Oh, dat is ongunstig”.
We pakten dus maar gauw dat ding weer op en zette hem overeind waarna meteen de bodemplaat eruit lazerde. Toen ik met gevaar voor eigen leven probeerde dat ding er weer in te zetten dacht Clint zo slim te zijn om even het binnenwerk te controleren door de top klep te openen, waarna vervolgens weer de bovenplaat eruit donderde, boven op mijn hasses. Ik had een bult op mijn kop, er staan nu 4 vlaggen in gedrukt omdat er meteen een stel bergbeklimmers op af kwamen.
Natuurlijk was er geen geluid meer uit dat ding te krijgen, maar dat zochten we later wel uit. Eerst dat zeil er overheen want die piano was één grote spons in die regen. Natuurlijk waaide het met een kracht van achttien Boeing 777 straalmotoren tijdens takeoff waardoor dat plastic stond te wapperen als een zeil van een half kapot geschoten piratenschip. Uiteindelijk hebben we het er omheen gekregen en het op de plek weten te houden door middel van het touw, maar het had eigenlijk geen enkel nut omdat het plastic al doorweekt was in alle hoeken en gaten. Toen de boel eenmaal vast zat kon de rit beginnen. We keken even op Google Maps om te zien wat eigenlijk de afstand was die we moesten lopen. 3,8 kilometer…. mijn hemel.
Nog voordat we weg gingen kregen we nog wel het vriendelijke advies mee van de mevrouw: “Als het straks echt niet zit hé, je komt daar zo langs een bos. Als je wilt, mag je hem van mij daar gewoon in sodemieteren”. Dit was denk ik het meest amusante advies wat ik ooit gehoord heb en ik zou liegen als ik zei dat we er niet over hebben nagedacht om het ook echt te doen, want waar waren we in hemelsnaam aan begonnen.
Even een foto:
Goed, alles gereed, gaan met die banaan! We waren de stoep nog niet af of het voorste hondje bleef achter die vervloekte knobbels hangen die ze voor blinde mensen hebben aangelegd waardoor die hele piano er overheen gleed en vol op de straat pleurde. De spanbanden, hoe strak die zaten, trokken uiteraard dat hondje meteen een kilometer de lucht in dus het ritueel kon weer opnieuw beginnen. En het werd nog mooier, die straat was alleen maar stoepje op, stoepje af, stoepje op, stoepje af, en dat nog honderd duizend keer. Het was toen pas dat wij ook pas doorhadden dat er een hele snackbar zat mee te genieten van ons oeuvre. Gratis entertainment voor tien.
No way dat wij over al die stoepjes gingen, dus wij gingen maar over het wegdek sjouwen. Ik kan je zeggen dat er weinig momenten zijn geweest in mijn leven dat ik er meer voor vreesde dan toen. Omdat die piano zelf nog steeds op wielen stond zaten die hondjes continu te roteren waardoor wij de straat op en af slingerde. Dit ging zo niet dus we moesten er iets aan doen. We kwamen langs een parkeervak waar we de piano in wilden zetten. Denk je dat file parkeren met een auto lastig is? Probeer eens een piano in het vak te zetten. Afijn, hij stond.
Een vraag die je misschien al de hele tijd naar mij wilt roepen: “Als die piano op wielen staat, waarom halen jullie dat hondje er niet tussen uit dan?”
Dat probeerde we ook, hondje weg, en duwen maar! GGGGGGGGGRGGRGRGRGGRGRGGRGGRGRGRRRG!!!!! twee diepe groeven stonden als landingsbanen in het wegdek gekerfd. Blijkbaar rollen piano wieltjes van duizend jaar oud niet zo lekker meer over asfalt. Dan maar die wielen er af hé? Dus hoppa, weer die piano op zijn kant. Dit keer wat subtieler. Gelukkig was er iemand met zijn auto bezig waar wij een schroevendraaier van mochten lenen. We waren in totaal bijna 3 uur verder toen we die ruk wieltjes eraf zaten te schroeven. 4 wieltjes, elk 4 schroeven, platkop, en zo vastgerot als Bami in de ochtend.
Toch na wat geklooi gingen ze er -relatief- makkelijk af. Hier zat een luchtje aan dachten we. Het bleek echter dat het luchtje niet van de wieltjes kwam, maar van Clint’s schoenen.
“Uhg Robin, er zit hier overal poep!”
“Ah gatver, daar ook al”
“Euuuuugh en hier zit ook overal kak!”
Wat bleek, we zaten gezellig naast een lantaarnpaal te schroeven waar eerder een hond even volledig uit zijn dak was gegaan, en die maat van me stond er vol in waarna hij vervolgens -zonder dat hij het doorhad- minstens 3 rondjes rond de piano had gelopen. Het leek alsof we geesten zaten op te roepen d.m.v. een ritueel dat eist dat een piano plat in een cirkel met stront wordt gelegd.
Terwijl hij de remsporen zat op te sporen op zijn al-bruine lederen schoenen ruimde ik de boel weer op en gaf de schroevendraaier terug. 1. 2. 3. en hoppa, de piano stond weer overeind op de hondjes. Dit maal zo vast als een sportschool abonnement. Onze weg baande weer verder.
Onderweg werden we nog begroet door een vriendelijke oude man. “Mooi spul he jongens, wel netjes houden hoor.”
Als die arme man toch eens wist.
Afijn, we kwamen aan bij het beboste gedeelte waar ons dilemma ons groette: Dumpen we hem hier boven op de paddenstoel van kabouter plop, of gaan we de uitdaging aan en nemen we hem toch mee.
Het stuk was nu één en al asfalt gelukkig en het was denk ik ook niet zo verantwoordelijk om een piano aan Paulus de boskabouter te schenken. Toen deed Linda de Mol het doosje open en de bank bracht een bod uit: €140,- voor Milieuvervuiling. We deden het doosje dicht en zeiden “Laten we maar doorgaan” waarna een groot applaus volgde van ons twee.
En nou en of dat het asfalt hielp! Op dit stuk wisten we de vaart er goed in te brengen. Op een gegeven moment zo snel zelfs dat we het nog amper konden bijhouden en achter een vluchtende piano moesten aanrennen. Als er een fietser om de hoek aan zou komen en dit ding in ontvangst had genomen, dan had die fietser nu in Ho Chi Minh gezeten omdat ie met fiets en al gelanceerd zou worden met een kracht van duizend zonnen.
Na een lange en moeizame tocht was het einde eindelijk in zicht. Daar was de voordeur!
Een korte uitwisseling van schouderklopjes werd gevolgd door de volgende vraag: Hoe krijgen we hem binnen?
Was het maar zo dat net als een mens, een piano ook kilo’s zou verliezen na een lange wandeltocht. Dat zou wel handig geweest zijn, maar nee.
Laten we dan maar zo veel mogelijk van de piano af halen. Dus we tilde het binnenwerk eruit (~3 kilo) de bodemplaat (~1 kilo), de bovenplaat (~1 kilo) en de topklep (ook ~1 kilo). Zo. Nou blijft er nog maar 200 kilo over. Scheelt weer.
Met veel gezucht en gesteun en wat beklacht van een huisgenoot die nogal onder de indruk was van het prachtige instrument tilde we piano de gang in. We konden onze kont niet meer keren want dat ding stond overal in de weg. Voor een kamer, badkamer, ingang, trap, kelderdeur, alles stond klem.
We hadden toen inmiddels besloten dat het wellicht inderdaad makkelijk was om de piano in onze toekomstige jazzruimte te stoppen. In de kelder.
Maar hoe krijg je in hemelsnaam dat gevaarte veilig naar beneden.
“Wacht eens Robin, als wij hem nou boven vasthouden en aan die poot (dat pootje onder de toetsen), dan hou jij hem onderaan tegen”
Wellicht dat m’n maat Pianorittus had opgelopen of door een één of andere odor van het hout zo stoned als Bach werd, maar had ik dat idee nageleefd dan had ik nu niet meer geleefd.
We hadden uiteindelijk iets veiligers verzonnen. Twee houten platen hadden we op de trap gelegd en vastgebonden met spanbanden. Hierover kon de piano glijden. Een andere plank legde we op de dorpel van de kelderdeur waarop de piano kon kantelen en naast de trap staken we wat platen om de leidingen niet te beschadigen. Vervolgens bonden we een touw aan de piano vast die wij daar vandaan een paar slagen om de onderste stijl van de trapleuning heen sloegen en wat vervolgens twee man in de gang kon vasthouden om de piano te laten vieren.
Twee man stond klaar met het touw in de handen, en twee anderen stonden klaar om de piano te duwen.
En één twee drie, en hup! één twee drie en hup! Na wat geduw en gewiebel van de piano nam deze de hoek van de trap aan en begon het touw onder spanning te staan. Heeeeeeeel rustig lieten wij de piano over de trap zakken. Na wat geknap van de spanbanden op de trapplaten om leek alles hartstikke netjes te gaan. “Wauw, iets wat meezit”
De piano had nu een aardig stukje van de trap gegleden en er werd iets geroepen wat klonk als “Hij staat”.
We voelde ook geen druk meer op het touw, dus hey, puik werk mannen! En we lieten het touw los.
Wat bleek, de piano stond nog helemaal niet. Sterker nog, hij had nog bijna een meter te gaan.
Het enige waar deze tegenaan stond was het plafond van de kelder want de piano was zo hoog dat deze nét niet in het gat paste. Ongeveer een centimeter kwam tegen het plafond van de kelder aan.
En tja, in 1970 was beton nog niet zo populair in Rotterdamse woningen dus men was vroeger zo geniaal geweest om alle plafonds te bekleden met stro en een dun hout plaatje. Ze hadden beter voor Bamboe kunnen kiezen want stro bezit helaas niet de eigenschap om 200 kilo tegen te houden. Dus het duurde nog geen seconde of de plafonrand brak los waardoor ineens het hele gevaarte de laatste meter van de trap af stierde recht de kelder in. Het gaf een geluid wat nog nooit op deze aarde was voorgekomen. Het geknal, het gestuiter van een gietijzeren harp gecombineerd met het plonken van 88 toetsen die alle kanten opvlogen wat werd vergezeld met de resonantie door het huis van alles waar de piano tegenaan kwam met tot slot nog het geluid van een leeglopende leiding on the side. Bleek dat iemand tegelijkertijd boven de toilet doortrok waardoor het leek alsof de riolering was meegekomen. Godzijdank was die heel gebleven.
Het hele zooitje dat ooit een piano was te noemen lag nu een beetje treurig daar in het hoekje van de kelder. Wonder boven wonder, de harp was nog heel. Niet slecht voor een oud stuk gietijzer waar een paar ton aan trekkracht op staat van een paar honderd snaren.
We hadden onszelf al gekwalificeerd als pianoverhuizer dus waarom niet als pianomonteur? We raapte de boel weer bij elkaar en hebben na een avondje lijmen en schroeven de hele bende weer tot een piano-ogend object in elkaar gezet. Het enige jammere was dat ons prachtig geconserveerde binnenwerk door iemand was gesloopt. Hamers krom, stangen verbogen, afgebroken tuimelaars en een ontzet frame. Passieve agressieve actie van een huisgenoot die het niet eens was met onze jazzkelder? Zijn poging had in elk geval geen effect, want na een ander avondje knutselen met lijm en tie rips heb ik het binnenwerk weer volledig werkend gekregen en weer in de piano gehangen. HA!
En raad eens: er kwam weer geluid uit de piano!
Hoe klonk het? dat was de vraag. Het geluid was te omschrijven als een astmatische potvis met gokproblemen die na een avond zuipen een blokfluit probeert te spelen.
De tonen gingen zoveel kanten op. Toen Clint de vlooienmars begon te spelen probeerde ineens allerlei buitenaards gespuis contact met ons te zoeken.
Ik heb toen zelf maar even een digitaal keyboard erbij gepakt, heb een stemhamer ergens vandaan weten te toveren en ben met behulp van de spanbanden als snaardemper de piano gaan stemmen. Na ongeveer 3 dagen was ik klaar, en de piano klonk weer als een zonnetje! Voor ons in elk geval. Mozart zou zich misschien in zijn graf omdraaien als ie het zou horen, maar voor een piano die letterlijk van de trap is gekelderd was het zeker niet slecht. We hadden nu eindelijk onze honke plonke piano in de kelder staan.
Hoe dit ding ooit weer boven komt? Geen idee. Zal net zo verschrikkelijk gaan denk ik. In elk geval is de piano nu demonteerbaar (lees: 94 parkerschroeven eruit draaien).
En de jazzkelder? Verder dan de piano en wat banken kwam het niet of de boel werd alweer verbouwd tot een werkplaats en is nu een klein DAF magazijn.
En hoe klinkt de piano nu? Nou, het is daar in die kelder nog vochtiger dan onder de oksels van een verdwaalde toerist in Azie tijdens het regenseizoen. Dus dat ding klinkt weer net zo verschrikkelijk. Ach, we hebben er nog altijd lol van.